Op 20 mei is het zo ver, we keren terug naar huis. We stappen op het vliegtuig in Kaapstad. Het is heel erg spannend voor ons, want we hebben schrik dat we weer zo ziek zullen zijn als op de heenreis. Maar dit verloopt deze keer anders. We hebben allebei een deel van de vlucht geslapen en we konden eten zonder ons misselijk te voelen. In Londen hebben we tijd genoeg om over te stappen en dan is het bijna zo ver… Binnen een uur komen we aan in Brussel. Wie zal er ons opwachten? Hoe zal het zijn om terug thuis te komen? Zoveel vragen, zoveel gevoelens. We stappen uit het vliegtuig, we nemen onze valies van de band en stappen richting de uitgang. Daar staat de mama van Anke samen twee vriendinnen van Anke. Typhaïne ziet haar mama lopen in de verte en haar papa komt er ook aan. Op dat moment beseffen we pas echt dat het Buitenlands verhaal er op zit. We komen terecht in de Belgische file en eenmaal thuis gekomen wordt de valies geledigd en de wasmachine mag zijn werk beginnen doen. Wat is dit raar, na 3 maanden alles met de hand te wassen.
Ondertussen zijn we 3 weken terug in België en als we eerlijk zijn, dan kunnen we zeggen dat het nog steeds wennen is. Voortdurend wordt je geconfronteerd met bepaalde dingen die anders zijn dan in Afrika en vergelijk je alles. Zo is het bijzonder vreemd geweest de eerste dagen om rechts te rijden op de baan, het weer is hier helemaal anders, de mensen zeggen hier geen goeiendag tegen elkaar, op restaurant gaan is hier zoveel duurder,… We dragen Afrika en de mensen van daar mee in ons hartje. En we zullen onze tijd daar nooit vergeten. ❤️
Geef een reactie